Met een poëtische intensiteit en weergaloos empathisch vermogen portretteert Nadeem Aslam in De gulden legende de moslimweduwe Nargis, haar christelijke pleegdochter Helen en de jonge ex–guerrillastrijder, Imram, die door de vrouwen in bescherming wordt genomen. Samen moeten ze op de vlucht slaan voor buren die opgehitst zijn door de blasfemiewetgeving in het hedendaagse Pakistan – een religieus vuur dat de christelijke gemeenschap, maar ook hun provinciestad in as dreigt te leggen. Ondertussen bloeit er tussen de pleegdochter en de strijder een verboden liefde en dreigt een belangrijk geheim van de weduwe ontbloot te worden. Dostojevski, Orwell, Milosz, Tolstoj, Márquez, Naipaul: Nadeem Aslam staat in het rijtje grote schrijvers die de actuele politiek in hun romans verwerken.
Maar deze actualiteit is slechts een hulpmiddel. Waar het Aslam om gaat zijn de personages van vlees en bloed, om Nargis, Helen en Imram: hoe ze liefhebben, verlies lijden, blijdschap vieren, van goed tot slecht veranderen, of andersom.